Met dank aan corona (deel 1): onderzoek naar daten zonder ontmoeting
De coronacrisis is een gigantisch experiment, vanuit wetenschappelijk
oogpunt dan. De omstandigheden waarin we nu leven zijn uniek. Stille straten,
mensen die wekenlang op elkaars lip zitten, een schonere lucht, je handen
ontelbare keren wassen, om maar eens wat te noemen. Veel wetenschappers grijpen
de kans om juist nu onderzoek te doen. Zoals Elisabeth Timmermans, die wil
weten wat de coronacrisis met ons liefdesleven doet.
Door de uitbraak van het nieuwe coronavirus moeten we ineens allemaal zoveel mogelijk binnenblijven. Hoe date je als je elkaar niet mag ontmoeten? En wat doet het met je relatie als je 24 uur per dag met je partner thuis zit? Dat vroeg onlinedate-onderzoeker Elisabeth Timmermans van de Erasmus Universiteit Rotterdam zich af.
Samen met acht andere
wetenschappers, onder andere van de Britse University of Essex, heeft ze een
online onderzoek uit
de grond gestampt. Dat gaat over daten en relaties. Iedereen boven de achttien
kan meedoen.
Date zonder ontmoeting
Timmermans zelf is vooral
geïnteresseerd in hoe mensen daten als ze elkaar niet mogen ontmoeten. 'Normaal
gesproken beperken de meeste mensen zich op datingapps, zoals Tinder, tot
mogelijke partners die relatief dichtbij wonen. Maar als je elkaar toch niet
kunt ontmoeten, kijken ze misschien wel een stuk verder, zelfs over
landsgrenzen.'
Na een tijdje
chatten wil je toch checken of iemand wel is zoals hij zegt dat hij is.
Videodaten was vóór het
coronatijdperk helemaal niet populair. Timmermans: 'Je ziet jezelf de hele
tijd. En je vindt niet altijd dat je er heel flatteus uitziet op video. Maar nu
gaan mensen waarschijnlijk toch vaker videodaten. Je wilt na een tijdje chatten
toch checken of iemand wel is zoals hij zegt dat hij is. Ik ben heel benieuwd
wat mensen van videodaten vinden.'
Na twee weken chatten, ga je iemand
idealiseren
Normaal gesproken is het
verstandig om binnen twee weken af te spreken als je online een match hebt,
weet Timmermans. 'Als je langer dan een paar weken chat, maak je een
geïdealiseerd beeld van iemand. Als je dan in het echt afspreekt, kun je heel
makkelijk afknappen op kleine dingen. Bijvoorbeeld dat je date helemaal niet
klinkt zoals je had gedacht.'
Dater wordt creatief
Maar hoe gaat het nu verder na een
paar chat- of videogesprekken? En blijven die gesprekken op afstand ook
interessant? Timmermans: 'Diepgang hebben in je date-gesprekken is heel fijn,
maar dat kan natuurlijk niet de hele tijd. Je hebt soms een luchtige afwisseling
nodig. Hoe krijgen daters dat nu voor elkaar? Hoe creatief worden ze?'
'Ze dagen elkaar uit met
opdrachtjes, bijvoorbeeld om een yogavideo na te doen. Zo leren ze elkaar ook
iets beter kennen. En hoe drijf je de spanning op als je elkaar niet mag zien?
Ik heb al leuke dingen gehoord, zoals ‘schrijf een erotisch verhaal en mail het
of stuur het op via de post’.
Wordt videodaten het nieuwe daten?
Timmermans is natuurlijk ook
benieuwd hoe deze veranderde manier van daten over een paar maanden uitpakt.
Misschien blijkt videodaten wel een heel behulpzame datevorm. Timmermans:
'Vooral mannen moeten vaak een drempel over om te gaan speeddaten. Videodaten
is voor hen misschien makkelijker. Dat kan bovendien gewoon vanuit je eigen
huiskamer.'
Mannen moeten vaak
een drempel over om te gaan speeddaten. Videodaten is makkelijker.
En misschien komen sommige stellen
juist wel nader tot elkaar door het gedwongen samenzijn. Timmermans: 'Dat is
dan mogelijk een teken dat je juist veel quality
time met elkaar nodig hebt om samen een goede relatie
te hebben.'
Doe mee aan dit onderzoek
Wil je meedoen aan dit
Engelstalige wetenschappelijk onderzoek? Dat kan hier:
Met dank aan corona (deel 2): gedragen wilde dieren
zich anders als het minder druk is in het bos?
De coronacrisis is een gigantisch experiment, vanuit wetenschappelijk
oogpunt dan. Stille straten, mensen die wekenlang op elkaars lip zitten, je
handen ontelbare keren wassen: wetenschappers onderzoeken de unieke
omstandigheden. Zoals Patrick Jansen. Hij wil weten hoe dieren reageren op de
plotselinge rust in Het Nationale Park De Hoge Veluwe.
Wilde dieren zijn niet erg dol op
mensen. Zodra ze ons in de smiezen krijgen, maken ze zich uit de voeten. Zo ook
het wild in Het Nationale Park De Hoge Veluwe. Maar sinds de coronacrisis zijn
daar een stuk minder mensen te vinden. Wat vinden de dieren van die rust?
Tijdens de openingstijden komen er
minder bezoekers dan normaal naar dit nationale park. Bovendien gaat het park
een uur later open en vier uur eerder dicht. De dieren hebben nu dus vijf extra
mensvrije uren per dag.
Wildcamera reageert op warmte
Ecoloog Patrick Jansen van
Wageningen University deed al onderzoek in het nationale park. Sinds 2013 staan
er ruim vijftig wildcamera's in het omheinde natuurgebied. Zodra er een dier
van enige afmeting (formaat haas of groter) langskomt, detecteert een sensor de
lichaamswarmte en begint de camera foto's te maken. De camera stopt pas als het
dier weer weg is.
Die camera's staan in zes
verschillende soorten leefgebieden, zoals bos, open heide en stuifzandgebied.
Bij elke opname registreren ze de tijd. Jansen: 'Zo kunnen we precies zien
welke dieren op welke tijdstippen gebruikmaken van die plekken.'
Nachtdier wordt dagdier
'Veel dieren zoals wilde zwijnen,
edelherten en reeën zijn grotendeels schemer- en nachtactief', vertelt Jansen.
'Maar deze dieren kunnen ook overdag actief zijn. Als ze tenminste nergens bang
voor hoeven zijn. Dat weten we uit natuurgebieden waar bijna geen mensen
komen.'
Toen in 2001 mond-en-klauwzeer
heerste, een ziekte die gevaarlijk is voor onder meer vee en herten, was Het
Nationale Park De Hoge Veluwe helemaal dicht. Jansen: 'Boswachters zagen dat
schuwe beesten ineens ook midden op de dag door het open veld liepen. Maar deze
gedragsverandering is nooit echt gemeten. We gaan kijken of we nu iets
soortgelijks zien als er minder mensen zijn.'
Maakt het dieren uit hoeveel bezoekers
er zijn?
Verschuiven de activiteiten van
groot wild van de nacht naar de dag? Zoeken ze andere plekken op? Zijn ze
minder alert dan anders? Dat laatste kun je zien aan het percentage dieren dat
op de foto's alert met hun kop omhoog staat in plaats van omlaag om te eten.
Of maakt het ze allemaal niet
zoveel uit? Jansen: 'Het zou kunnen dat een klein aantal bezoekers in hun
leefgebied hetzelfde effect heeft op dieren als veel mensen. Dan verandert er
voor hen niets.'
Help de onderzoekers een handje
De eerste foto's uit coronatijd
worden nu geanalyseerd. Iedereen kan de onderzoekers daarbij van dienst zijn.
Op de website Snapshot
Hoge Veluwe kun je helpen met het identificeren van de dieren
op de foto's.
Met dank aan corona (deel 3): worden we lui als we
thuiswerken?
De coronacrisis is een gigantisch experiment, vanuit wetenschappelijk oogpunt
dan. Stille straten, mensen die wekenlang op elkaars lip zitten, je handen
ontelbare keren wassen: wetenschappers onderzoeken de unieke omstandigheden.
Zoals hoogleraar inspanningsfysiologie Maria Hopman van Radboudumc. Zij zoekt
uit wat maanden thuiswerken doet met onze wil om te bewegen.
Veel mensen hebben hun dagelijkse
wandeling of fietstocht naar het station en kantoor ingeruild voor een
wandeling van het bed naar de bank. Daar wordt zonder moeite de laptop
opengeklapt, om die na afloop van de werkdag weer dicht te klappen. Misschien
lopen we tussendoor een keer naar de keuken voor een kopje koffie of thee, maar
die wandelingetjes vallen in het niet bij de stappen die we normaal zetten op
de werkvloer.
Met andere woorden: veel
beweegmomenten zijn sinds de lockdown verdwenen. En dat hoeft niet zo erg te
zijn, als we ze maar compenseren. Maar doen we dat ook?
We zijn sinds de lockdown minder actief
Dat onderzoekt hoogleraar
inspanningsfysiologie Maria Hopman. Al jarenlang ontvangt zij van 22.000
deelnemers aan de Nijmeegse Vierdaagse en andere wandelaars en hardlopers
ingevulde vragenlijsten over hun beweegpatronen. Toen de lockdown begon,
stuurde Hopman deze groep opnieuw vragenlijsten op.
'We wilden bijvoorbeeld weten hoe
ze bewegen in coronatijd en of ze meer of minder zijn gaan slapen', aldus de
onderzoeker. De eerste 4000 vragenlijsten die tijdens de eerste vier weken van
de lockdown zijn ingevuld, zijn inmiddels geanalyseerd. En wat blijkt? Bijna
iedereen beweegt significant minder.
Vooral thuiswerkers bewegen een stuk
minder
Hoeveel minder je beweegt, lijkt
met name te liggen aan je werksituatie. 'We maken onderscheid tussen drie
categorieën', vertelt Hopman. 'De groep die werkloos is of met pensioen, de
groep bij wie er niks is veranderd in de werksituatie en de groep die
thuiswerkt (en die voor de lockdown naar zijn
werk ging). Iedereen is minder gaan bewegen, maar het grootste verschil zie je
bij de mensen die sinds de lockdown thuiswerken. Zij bewegen maar liefst
twintig procent minder dan eerst.'
This content is imported from {embed-name}. You may be
able to find the same content in another format, or you may be able to find
more information, at their web site.
Dat heeft volgens Hopman alles te
maken met het woon-werkverkeer dat weg is gevallen. Het uurtje dat je normaal
gesproken standaard in beweging bent, moet je nu zelf compenseren. Dat doen we
dus niet. En vergeet niet: de groep die Hopman ondervraagt, wordt gevormd door
wandelliefhebbers met een actieve levensstijl. 'Het zou dus kunnen dat de
gemiddelde Nederlander nog minder is gaan bewegen.'
Maar wie zijn dan al die joggers buiten?
Toch zie je om de haverklap weer
een puffende jogger buiten rennen, of iemand zijn best doen op skeelers. Zijn
we echt zoveel minder actief? 'Vergeet niet dat er normaal gesproken per uur
van de dag honderden tot duizenden mensen in de sportschool staan', vertelt
Hopman. 'Als iedereen die daar een alternatief voor zoekt, buiten zou sporten,
dan zou het stervensdruk moeten zijn in de parken en op straat. En dat is
duidelijk niet het geval.'
Daar komt nog bij dat er naast de
sportschoolgangers ook thuiswerkers rond zouden moeten rennen om hun gebrek aan
beweging te compenseren. Dus ook al lijkt het alsof er meer fluoriserende
pakjes op straat te vinden zijn dan voor de lockdown, het zijn er lang niet
genoeg.
Sinds de coronacrisis zijn we meer gaan
slapen
Opvallend: we bewegen volgens het
onderzoek minder, maar we slapen meer. 'Zo'n dertig procent van de thuiswerkers
is meer gaan slapen. Dat komt ongetwijfeld omdat ze nu geen reistijd meer
hebben', aldus Hopman. Het lijkt erop dat we een lui volkje geworden zijn sinds
die lockdown.
This content is imported from {embed-name}. You may be
able to find the same content in another format, or you may be able to find
more information, at their web site.
'De mens is van nature liever lui
dan moe', aldus Hopman. 'Dat maakt deze situatie ook zo lastig. Mensen die naar
hun werk moeten, komen vanzelf in beweging. Maar als dat niet hoeft, zie je dat
de motivatie om te gaan bewegen bij veel van ons ontbreekt. Als dit patroon
maar lang genoeg aanhoudt, gaat het straks heel veel daadkracht kosten om weer
actief te worden en vroeg op te staan.'
Al dat stilzitten is niet goed voor de
gezondheid
Maar is het echt zo erg, die
luiheid? Het is misschien een van de zeven zonden, maar hoeveel kwaad kan dat
bankhangen nou echt? Hopman: 'De norm is niet voor niets een half uur beweging
per dag. Actief zijn is goed voor je weerstand en je immuunsysteem, en dat is
nu ontzettend belangrijk.'
En vergeet ook de
langetermijngevolgen van de lockdown op onze gezondheid niet. 'Stel je voor dat
je nu veertig bent en niet meer genoeg beweegt. Dan kom je aan en gaat je
conditie achteruit. Daarmee vergroot je het risico dat je na tien jaar een
hartinfarct krijgt.'
Zijn we ook dikker geworden?
Dat we minder bewegen heeft Hopman
met haar onderzoek dus bewezen. Maar zijn we ook al zwaarder geworden? 'Daar
kunnen we nog niks over zeggen. Die vragenlijsten moeten we nog binnenkrijgen',
aldus Hopman.
This content is imported from {embed-name}. You may be
able to find the same content in another format, or you may be able to find
more information, at their web site.
Aangezien de regel 'werk zoveel
mogelijk thuis' voorlopig nog wel van kracht blijft, is de kans vrij
aannemelijk dat we er een paar kilo bij gaan krijgen. Dus hup, ga nu maar gauw
naar buiten voor een wandeling. 'Maar wel op afstand', voegt Hopman eraan toe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten