Gepaste buiging voor je knie, een ondergewaardeerd lichaamsdeel
Hij oogt bobbelig, frustreert topsporters en is bij heel wat ouderen versleten. Voor mooie knieën heeft nog nooit iemand een compliment ontvangen. Toch zit dit gewricht vernuftig in elkaar.
Aan de operatietafel ziet hij vooral totaal versleten knieën voorbijkomen, maar hoogleraar orthopedie Rob Nelissen (Universiteit Leiden) spreekt vol bewondering over het gewricht. ‘Geef mij één apparaat op deze aarde dat zonder onderhoudsbeurt jarenlang meegaat.’
Sporten is zwaar voor je knie
‘Het is een heel mooi ontwikkeld gewricht, met minimaal gewicht en maximale bewegingsvrijheid’, jubelt Nelissen. ‘Natuurlijk krijgen sommige mensen artrose, maar lang niet iedereen. Er zijn mensen van honderd jaar die nauwelijks slijtage hebben. Het is wonderlijk dat dat kan.’
En dat terwijl de knie behoort tot de zwaarst belaste gewrichten. Als je staat, leunt bijna je hele gewicht erop. ‘En als je loopt, komt anderhalf maal je gewicht op de knie terecht. Bij hardlopen tweeënhalf maal zoveel’, zegt Nelissen. ‘Met sporten heb je acute momenten. Je lichaam draait weg, en dan komt er nóg veel meer kracht op zo’n knie terecht.’
Je knie kan niet zonder kraakbeen
Bij de knie komen je boven- en onderbeen elkaar tegen. Twee stevige stukken bot staan recht bovenop elkaar. Als die botten zomaar over elkaar heen zouden schuren, zou het aan alle kanten piepen en kraken.
Dat ze het langer dan een maand volhouden, komt dankzij een dun laagje wondermiddel tussen de twee botten, het kraakbeen, vertelt Nelissen. ‘Kraakbeen bestaat grotendeels uit een soort gel, van heel mooie vezels. Kraakbeen is elastisch, het vangt de schokken op.’ Op beide boteinden zit een laagje kraakbeen. Daartussen zit nog een natuurlijk smeermiddel: synoviale vloeistof. Daardoor schuren de botten niet, maar glijden ze soepel over elkaar heen.
De meniscus, een donutvormig stootkussen
Laagjes kraakbeen alleen zijn niet voldoende om slijtage te voorkomen. ‘De botstukken passen niet perfect op elkaar, maar dat heeft te maken met de beweging’, vertelt Nelissen. Het contactoppervlak tussen beide botten is smal, zodat je makkelijk kunt buigen. ‘Daardoor krijg je puntbelasting. Alle druk komt terecht op een deel van het bot.’ Gelukkig is daar de meniscus. ‘Die zorgt dat het wel perfect past. Het is een schijfje dat de druk op de twee bolle botuiteinden meer verdeelt.’ Als een soort donut ligt de meniscus rond de botuiteinden. ‘De meniscus is ook van kraakbeen, als een soort stootkussen. Dan begrijp je ook meteen dat de meniscus veel te verduren heeft.’
Stevig verpakt in je kruisbanden
Maar dan zijn we er nog niet, want de boel moet ook bij elkaar blijven. Dat vraagt om een volgend onderdeel uit de blessurehitlijst: de kruisbanden. Als de kabels aan een brug verbinden de kruisbanden het bovenbeen en het onderbeen op meerdere plekken. ‘De kruisbanden zijn geen staalkabel, ze zijn gemaakt van elastisch weefsel. Ze zijn gevlochten en gedraaid. Ze sturen de beweging heel mooi en vangen ook krachten op.’ Zo kunnen twee stukken bot toch langs elkaar draaien, in de meeste gevallen probleemloos.
De precisie is de zwakte van de knie
Daarom is Nelissen zo enthousiast over die knie. De onderdeeltjes vallen in elkaar als in een Zwitsers uurwerk. Maar juist de precieze afstelling maakt het kunststukje kwetsbaar. ‘Als er één onderdeel ontbreekt, dan hapert die knie.’ Geeft je meniscus niet meer thuis, dan neemt de druk op andere onderdelen toe. In je meniscus zitten niet eens zenuwen, dus je krijgt vaak pas last als zenuwen in je botten vanwege slijtage ‘au’ zeggen. De boel vervolgens repareren is buitengewoon complex, om niet te zeggen onmogelijk. Nelissen: ‘Als je een kapot onderdeel in een auto vervangt, is die weer zo goed als nieuw. Bij ons zal het nooit meer zo perfect worden als voor het letsel.’
Kunstknie gaat korter mee dan de knie zelf
Zo blijven mensen met knieklachten vaak aanrommelen. Zelfs het polyethyleen van een kunstknie is na 15 tot 20 miljoen keer buigen weer wat versleten. Na vijftien tot twintig jaar is het bij een oudere aan vervanging toe. Bij jongere mensen die meer bewegen nog eerder. Juist omdat de knie normaal zo goed werkt, merk je het als er iets misgaat.