vrijdag 28 augustus 2020

De geschiedenis van de koplamp

 

De geschiedenis van de koplamp


Tegenwoordig zien we door alle ledjes de auto niet meer. Honderd jaar geleden was dat wel anders, toen had je twee lantaarntjes aan je auto hangen. We schijnen eens wat licht op de koplamp, wat voor lichtpuntjes hadden we vroeger en wat gaan we in de toekomst zien?

De elektrische koplamp
De elektrische koplamp zoals we die nou nog steeds zien, bestaat pas sinds 1911. Daarvoor moest je het doen met kaarsjes. Die waren niet zozeer bedoeld om in het donker te kunnen kijken, maar eerder om gezien te worden. Om geen koetsen en paarden omver te rijden en Russische taferelen te voorkomen, werden betere lichtbronnen ontwikkeld. Acetyleen- en koolstoflampen waren feller en gaven meer licht, maar waren nog steeds niks in vergelijking met de elektrische lamp. In 1911 pakte Cadillac dat primeurtje. Bosch was in 1913 de eerste die de elektrische lamp koppelde aan een generator en regelaar. De koplamp was geboren.

Meedraaiende verlichting
Vooral de Amerikanen waren bezig met autoverlichting. In 1917 was het Cadillac die kwam met bedienbare dimlichten om vervolgens een jaar later de bochtverlichting te introduceren. In 1935 was het merk Tatra degene die de meedraaiende koplamp bedacht. Tatra’s hadden drie koplampen waarvan de middelste meedraaide met de wielen. Cadillac moest snel weer iets bedenken om Tatra de baas te zijn en kwam in ’38 met de mistlamp. Buick gaf de Y-Job datzelfde jaar automatisch openklappende koplampen mee en bedacht knipperlichten.

Halogeen en Xenon
Vijftig jaar geleden werd de gloeilamp in de auto vervangen door de halogeenlamp. De bekende H1-lampen waren daar, Cadillac voegde daar in 1964 de eerste lichtsensor aan toe. Vervolgens was het even stil totdat BMW in 1991 de 7-serie onthulde. Het was de eerste auto met Xenon koplampen. Japan en Europa waren meteen om, Amerika wachtte tot 1996 toen de Lincoln Mark VIII de eerste Amerikaan was met zogenaamde HID-verlichting.

Onderdeel van ontwerp
Vanaf daar werd verlichting ook een essentieel onderdeel van het auto-ontwerp. Waar koplampen vroeger veelal rond waren, gingen designers spelen met vormen en werd de koplamp in de auto verwerkt. Glas werd vervangen door plastic, BMW deed iets met angel-eyes, velen iets met klapkoplampen en de gekke Fransen vonden het nuttig om tot 1993 de gele koplampen te verplichten.

Ledjes
De laatste tien jaar is LED helemaal je-van-het. De LED heeft als voordeel een laag energieverbruik en een lange levensduur. Audi is als veelverbruiker van deze kerstboomverlichting een goed voorbeeld. Het LED-dimlicht was eerst, daarna voegde het merk in 2008 daar het grootlicht aan toe. De R8 was de eerste auto met volledige LED-koplampen, en de A8 was na zijn facelift ook de eerste met Matrix-LED’s. De opkomst van computertechniek maakte dat auto’s ook slimmer werden. Intelligente systemen werden bedacht om grootlicht automatisch aan te laten gaan wanneer nodig. Voetgangers en overstekende dieren kunnen met de huidige techniek rekenen op een lichtbundel die zich op hen aanpast. Maar ook dieven vinden koplampen leuk en jatten erop los.

The future of light
Wat we in de toekomst gaan zien op het gebied van verlichting? De LED wordt doorontwikkeld en op termijn waarschijnlijk vervangen door zogenaamde OLED’s. Hierdoor kan de fabrikant verlichting nog beter in het design integreren omdat vorm en kleur aanpasbaar zijn. BMW speelt met laser als alternatief en hoopt dat over twee jaar te kunnen gebruiken. Of krijgen we magnetronlampen? Camera’s krijgen ook een alsmaar dominantere rol in de auto, infraroodcamera’s laten je nu al in het donker kijken, als we dat samenvoegen met autonoom rijden hebben we in de toekomst misschien wel helemaal geen koplampen meer nodig?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten