donderdag 10 oktober 2019

Hierdoor worden de meeste mannen vroeg of laat kaal


Hierdoor worden de meeste mannen vroeg of laat kaal

Tachtig procent van de mannen krijgt vroeg of laat met kaalheid te maken. Waarom laat hun haar hen in de steek? En waarom hebben vrouwen er vrijwel geen last van?

Tatoeëer stoppels op je hoofd

Wie een robuustere en meer modieuze oplossing wenst, kan de haren aan de achterzijde van zijn hoofd naar de bovenkant laten transplanteren. Is dat een te grote ingreep? Tatoeëer dan stoppels op je hoofd. Net echt. Maar het best kun je maar gewoon met je kaalheid leren leven. Dat is in ieder geval de eenvoudigste oplossing.
Bedenk: je bent niet de enige die een terugtrekkende haargrens heeft. Zo’n twintig procent van de blanke mannen kampt hier al mee als ze rond de twintig zijn. Hun aantal loopt met de jaren keurig op. Op hun dertigste heeft dertig procent van de mannen last van kaalheid, op hun vijftigste komt het bij de helft van de mannen voor en rond de zeventig heeft tachtig procent van de blanke mannen ermee te maken.

Hoe krijg je die volle haardos terug?

Wat is er aan de hand op het hoofd van kale mannen? Moeten die zich erbij neerleggen als hun haar hen in de steek laat? Of is er toch een manier om die volle haardos terug te krijgen?
Voor de mannen onder ons met een vleespet is er goed nieuws: je bent niet echt kaal. Dat líjkt alleen maar zo. Wel zijn de haren op je kale plek microscopisch klein. Je ziet ze dus gewoon niet. Waarom groeit er alleen nog maar onzichtbaar haar op je hoofd?

Je haar groeit nooit aan één stuk door

Laten we eerst naar de normale haargroei kijken. Je haar groeit nooit aan één stuk door. Dat is normaal. Elke haar kent een cyclus met verschillende fases. Groeien doet hij in de groeifase. Die duurt bij hoofdhaar twee tot zes jaar. Beenhaar groeit slechts negentien tot 26 weken door (gelukkig maar). In de volgende fase stopt de groei en laat je haarwortel los. Dit duurt een week of twee. De haar blijft intussen nog wel in zijn haarzakje zitten.
Daarna volgt een rustfase van ongeveer drie maanden. De haarwortel krimpt en onderin het haarzakje wordt een beginnetje gemaakt van een nieuwe haar. Uiteindelijk valt je oude haar uit het haarzakje en komt je nieuwe haar tevoorschijn.

Het haarzakje wordt steeds kleiner

Bij mannen met een wijkende haargrens wordt de groeifase steeds korter en de rustfase steeds langer. ‘Je haren worden dan alsmaar korter, dunner en kleurlozer’, vertelt Stefanie Heilmann-Heimbach. Zij doet onderzoek naar de erfelijkheid van kaalheid aan de Universität Bonn (Duitsland). ‘Het haarzakje waaruit je haren groeien, wordt daarbij ook steeds kleiner. Uiteindelijk blijft je haar zo kort, dat hij niet meer het oppervlak van je hoofdhuid bereikt. Dan ben je kaal.’

Hormoon stuurt haar

Dat de haren van kalende mannen er minder zin in hebben, heeft met name te maken met androgenen, oftewel mannelijke hormonen. ‘Dat is ook de reden dat vrouwen minder last van wijkend haar hebben’, vertelt Bing Thio, dermatoloog bij het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam.
Onderzoek in de jaren veertig wees al uit dat mannen die voor hun puberteit worden gecastreerd, nooit kaal worden. Zij maken geen testosteron aan. Als ze injecties met testosteron krijgen, kunnen ze alsnog hun haar verliezen. Testosteron speelt dus een grote rol. Maar het is niet de directe oorzaak van haaruitval.

Kale mannen hebben niet meer testosteron

Kale mannen hebben niet meer testosteron dan harige seksegenoten. Maar hun haren zijn wel gevoeliger voor een hormoon dat in de haarwortel uit testosteron wordt gemaakt: dihydrotestosteron (DHT). Thio: ‘Haren die verdwijnen, groeien in haarzakjes met cellen die overgevoelig zijn voor dit hormoon.’
Opvallend genoeg bevordert DHT op andere plekken in je lichaam juist de haargroei. Zo stimuleert het de groei van baard-, oksel- en schaamhaar. Maar ja, daar heb je op je hoofd weinig aan. Waarom het op de ene plek van je lichaam iets anders doet dan op de andere, dat begrijpen onderzoekers nog niet. Heilmann-Heimbach: ‘We weten nog lang niet alles over hoe DHT precies op haarzakjes inwerkt en ervoor zorgt dat je op bepaalde plekken kaal wordt.’

Waarom sommige plekken wél en niet kaal worden

Zelfs op je hoofd heeft DHT niet overal hetzelfde effect. Sommige plekken worden kaal, andere niet. Het haar trekt zich op mannenhoofden bijna altijd op dezelfde karakteristieke wijze terug. Eerst worden je inhammen aan de voorkant groter. Dan ontstaat een steeds dunnere plek aan de bovenzijde van je achterhoofd.
Uiteindelijk houd je een soort hoefijzer van haar over die de zijkant en de onderkant van je achterhoofd bedekt. Dit haar blijft opvallend genoeg wél altijd zitten. Waarom, dat is niet bekend. ‘Waarschijnlijk zijn de cellen in de haarzakjes hier minder gevoelig voor DHT’, denkt Thio.

Zonder werkende stamcellen krijg je nooit haar

Wetenschappers van de University of Pennsylvania (VS) vergeleken in 2011 de haarzakjes van kale plekken met die van nog begroeide plaatsen. De onderzoekers bekeken specifiek de stamcellen in de haarzakjes. Die maken cellen die op hun beurt je haren voortbrengen.
Zonder werkende stamcellen krijg je dus nooit haar. Die stamcellen blijken nog wel gewoon aanwezig in de gekrompen haarzakjes van de kale plekken. Het waren er bovendien per haarzakje evenveel. Maar om de een of andere reden worden ze niet geactiveerd op die kale vlaktes en in het hoefijzerrestant wel. De cellen die de haargroei aan moeten sturen zijn er dus wel, maar doen iets niet goed.

Waarom verdwijnen de herinneringen van je peutertijd?

Waarom verdwijnen de herinneringen van je peutertijd?

Probeer je eerste herinnering eens voor de geest te halen. Best lastig toch? Hoe komt dat? Waar zijn de herinneringen van onze peutertijd gebleven?
Waarom verdwijnen herinneringen 
Shutterstock
Mijn eerste herinnering is niet leuk. Het was ’s nachts en ik was mijn moeder kwijt. Ik was in ons huis van de trap af naar beneden geslopen en had overal gezocht, maar ze was nergens te zien. Mijn zoektocht eindigde huilend op de garagevloer. Voor mijn gevoel duurde het eeuwen voordat de buurvrouw mij hoorde en me kwam halen.

Je bent gemiddeld 3,5 jaar in je eerste herinnering

Later hoorde ik van mijn moeder wat er was gebeurd: ze moest plotseling naar het ziekenhuis, want mijn oma lag op sterven. In haar haast was ze vergeten het hekje bij de trap dicht te doen. De babyfoon stond boven in mijn kamer, waardoor de buurvrouw mij beneden niet hoorde huilen. Dit was een week voordat ik drie werd. Voor de rest weet ik niets meer van mijn eerste drie levensjaren.
De meesten herinneren zich vrijwel niets van hun eerste levensjaren
En ik ben niet de enige. In het boekje De eerste herinnering somt Nico Scheepmaker zo’n 350 eerste herinneringen op. Gemiddeld zijn de mensen die Scheepmaker beschrijft 3,5 jaar oud op het moment van hun eerste herinnering.

Er zitten natuurlijk mensen boven en onder het gemiddelde, maar de meesten herinneren zich vrijwel niets van hun eerste levensjaren. En wat ze nog wel weten, zijn vaak losse flarden of beelden, die worden gevolgd door grote gaten in het geheugen.
Waarom slaan we niks op van onze prilste jaren?

Nieuwe herinneringen maken is moeilijk voor peuters

Jonge kinderen hebben moeite met het aanmaken van nieuwe herinneringen. Hun brein is namelijk nog volop in aanbouw. ‘De hersenen moeten eerst rijpen, voordat je überhaupt dingen kunt onthouden’, vertelt Ineke Wessel, universitair hoofddocent experimentele psychopathologie aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Zo slecht is een peutergeheugen niet. 'Kinderen van 3 kunnen van je winnen met Memory.'
Zeker in het eerste levensjaar groeien de hersenen razendsnel. In deze periode wordt er ook aardig gesleuteld aan de hippocampus, het deel van de hersenen dat zorgt voor het aanmaken van herinneringen.




Peuters hebben geen besef van 'ik'

Het is dus niet zo gek dat jonge kinderen nog weinig kunnen onthouden. Maar dat is niet het enige, zegt Wessel. ‘Een besef van ‘ik’, dat je iets anders bent dan je omgeving, dat hebben heel jonge kinderen nog niet.’ En zonder een ‘ik’ is er niets waar je de losse herinneringen aan kunt koppelen.
Wessel: ‘Je hebt ook het besef van tijd nodig, het idee dat iets in het verleden is gebeurd.’ Want als je niet weet dat er een verleden is, kun je ook niet weten wat herinneren is.
Verhalen blijven beter hangen dan losse beelden
Naast de rijping van de hersenen en enig zelf- en tijdsbesef, is ook de ontwikkeling van taal van belang. ‘Niet voor niets gaan kinderen zich pas echt dingen herinneren als ze een taal leren’, zegt Douwe Draaisma, hoogleraar psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dit komt doordat veel herinneringen ‘talig’ zijn. Het terughalen van herinneringen gaat vanaf deze periode via verhalen. En deze verhalen blijven beter hangen dan losse beelden.

Jonge kinderen kunnen zich wel dingen herinneren

Maar het is niet zo dat kinderen vóór de ontwikkeling van taal geen geheugen hebben. Als je een kind vertelt dat het volgende week naar de dierentuin gaat, zal het zich dat de week erop echt nog wel herinneren. Draaisma: ‘Sommige peuters van drie kunnen zelfs van je winnen met Memory.’ Dus met hun geheugen is niks mis. Waarom kunnen volwassenen zich dan toch zo weinig herinneren van die tijd?
‘Iets onthouden is een, maar er later nog bij kunnen is iets anders’, zegt Draaisma. Het systeem waarmee kinderen herinneringen opslaan, verandert wanneer ze taal gaan beheersen. Voor die tijd slaan kinderen herinneringen op als een beeld. Door de verandering in het brein worden de oude herinneringen minder toegankelijk.

Van floppydisk naar harddisk

‘Het lijkt een beetje alsof je overschakelt van floppydisks naar harddisks. De oude floppy’s passen niet meer in systeem en worden daardoor niet meer geraadpleegd.’ Kinderen leren erg veel. Er gaan dus veel deuren open, maar er gaan ook deuren dicht. De oude herinneringen worden als het ware gesloten bestanden, waar ze niet meer bij kunnen. Draaisma: ‘Na een tijdje verdwijnen ze zelfs uit het geheugen.’

Nare herinneringen van vroeger blijven hangen

In de loop van de kinderjaren verdwijnen de vroege herinneringen dus. En na het zevende levensjaar lijken veel kinderen de meeste echt kwijt te zijn. Toch onthoud je vaak nog wel iets van wat je overkomen is. Zo weet ik nog wat er een week voor mijn derde verjaardag gebeurde. Waarom is die gebeurtenis wel blijven hangen en andere voorvallen niet?
Waarom verdwijnen herinneringen?
Als peuter verdwalen op het vliegtuig kun je je later waarschijnlijk nog herinneren.
Shutterstock
Als je kijkt naar de 350 eerste herinneringen in De eerste herinnering, dan zie je een patroon. Ongeveer tweederde van de herinneringen zijn niet aangenaam: een kind is verdwaald, valt of komt een kamer niet meer uit.
‘Dat is logisch, want dat zijn precies de dingen die je geheugen goed moet vasthouden, zodat het je niet nog een keer overkomt’, zegt Draaisma. Het is dus niet zo gek dat in het gat van mijn kindergeheugen, juist de paniekerige zoektocht naar mijn moeder nog steeds te vinden is.