Digitale drugs: de gevolgen van jouw smartphoneverslaving
Volgens een recente peiling van EenVandaag besteden zes op de tien jongeren
dagelijks minstens drie uur aan hun smartphone. Hoe slecht is dat voor hun mentale
gezondheid? En wat vinden docenten van al dat getuur op telefoons?
Onderweg naar huis, muziek in je oren. In de trein scrollen door je newsfeed en
tussendoor een app beantwoorden. Tijdens een lunchafspraak maak je vlug een foto van je salade,want het ziet er zo ‘Instagramwaardig’ uit. We zijn bijna altijd online en de gevolgen daarvan zijn ernstig, waarschuwen verschillende wetenschappers. Studenten die urenlang op hun telefoon kijken, zijn minder sociaal, minder productief en denken minder diep na.
‘De lessen die je leert van echte ontmoetingen, leer je niet van een
chatgesprek op Messenger of Whatsapp’
Een grootschalig onderzoek van de universiteit van San Diego wijst uit dat studenten door de komst van mobieltjes minder vaak afspreken, minder seks hebben en minder uitgaan. Er is ook minder sociale interactie met onbekenden. Dat is jammer, want de lessen die je leert van echte ontmoetingen, leer je niet van een chatgesprek op Messenger of Whatsapp.
Face to face kun je immers niet altijd de beste versie van jezelf laten zien. Soms vallen ongemakkelijke stiltes of maak je fouten. Maar dat doen anderen ook. Daar groeit je inlevingsvermogen van.
‘We zijn sneller uit onze concentratie’
Sneller afgeleid
Overmatig smartphonegebruik leidt ook tot slechtere cijfers, blijkt uit een recent onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Verschillende wetenschappers wijzen op een verslechterd geheugen en afname van het concentratievermogen.
“Het kan inderdaad problematisch zijn”, zegt Marcel Kesselring, docent bij Communicatie in Breda. In zijn eigen studententijd was er ook afleiding, maar in mindere mate. “We zijn sneller uit onze concentratie. Daar maak ik me zelf ook schuldig aan.”
‘Waarom leggen we onze gesprekken steeds opnieuw stil voor een
foto op Facebook van het eten en elkaar?’
Opzettelijk verslavend
Waarom brengen we drie uur per dag door op onze telefoons als het zo slecht voor ons is? Waarom leggen we onze gesprekken steeds opnieuw stil voor een foto op Facebook van het eten en elkaar. Google en Facebook weten precies hoe ze ons moeten aansporen om eindeloos onze telefoons te checken. Ze meten voortdurend het gedrag van hun gebruikers en ontwerpen hun producten opzettelijk verslavend. Zelf noemen ze dat ‘gewoontevorming’, want dat klinkt minder negatief.
“We kunnen studenten niet dwingen om te minderen, maar wel zorgen dat ze door bewustwording sterker in hun schoenen staan”, meent Kesselring. Voor hem was de VPRO-documentaire What makes you click, over waarom je wel of niet ergens op klikt en hoe bedrijven dat beïnvloeden, een eyeopener.
‘Deze zogenaamde smarthoneproblemen zijn goed nieuws voor
iedereen die zijn boterham in de zorg verdient’
Kesselring is niet de enige docent die de nadelige gevolgen van smartphonegebruik serieus neemt. “De concentatieboog is veel korter. Zeker als je het vergelijkt met twee decennia geleden”, constateert Hans Pekaar, docent bij Sociale Studies in Breda.
“Veel te eenzijdig”, noemt Wander Eikelboom, docent Communication & Multimedia Design in Breda, alle kritiek. De stelling dat smartphones directe invloed hebben op sociaal gedrag en leerprestaties, is volgens de docent een versimpeling van de veel ingewikkeldere werkelijkheid. “De farmaceutische industrie heeft er baat bij een zo groot mogelijke groep mensen een ziekte-etiket te geven. Deze nieuwe zogenaamde smarthoneproblemen zijn goed nieuws voor iedereen die zijn boterham in de zorg verdient. Psychologen hebben meer werk, overal krijgen we mindfulnessklinieken enzovoort.”
Digitale discipline
Zou Avans meer moeten doen om het smartphonegebruik te verminderen? “Nee”, vindt Eikelboom. Hij ziet het scepticisme als een typische angst voor nieuwe ontwikkelingen. “Socrates zag de uitvinding van het geschreven schrift ook als iets nadeligs, omdat ons geheugen achteruit zou gaan: elk nieuw fenomeen dat voor een breder publiek toegankelijk wordt, gaat gepaard met een nieuwe angst.” De docent stelt dat we te snel de neiging hebben om een negatief oordeel te vellen. “Het is interessanter om te kijken hoe technologie ons als mens vormt, in plaats van het direct te veroordelen.”
‘Avans moet studenten bewust maken van de invloed van techbedrijven’
Studenten moeten zelf digitale discipline kweken, denkt Kesselring. “Avans moet ze bewust maken van de invloed van techbedrijven.” Wat studenten vervolgens met die informatie doen, is aan hen. Ze kunnen zichzelf aanleren om weerstand te bieden tegen de krachten die ze naar hun scherm lokken.”
Juiste voorbeeld
Pekaar vindt vooral dat studenten beter moeten worden voorbereid op het beroepenveld: “Hoe ga ik om met mijn telefoon in een werkbespreking? Wat als hij trilt en zoemt tijdens een werkafspraak?” Hij vervolgt even later: “Maar dan moeten docenten wel het juiste voorbeeld geven.” Pekaar wijst daarmee op collega’s die tijdens belangrijke vergaderingen actief gebruik maken van hun telefoon.
Kesselring: “De verantwoordelijkheid ligt uiteindelijk bij de student. Docenten kunnen ingrijpen als ze merken dat iemand bijzonder gevoelig is voor digitale prikkels. Een individueel gesprek kan dan handig zijn. Ik probeer daar zelf in ieder geval op te letten.”
‘We zouden allemaal vaker naar buiten moeten’
Ga naar buiten
Pekaar adviseert studenten het werken in Xplora om de twee uur te onderbreken om buiten een rondje te lopen. “We zouden allemaal vaker naar buiten moeten. Een halfuur wandelen of sporten bijvoorbeeld. Laat die telefoon dan binnen.” Voor de docent is sporten zijn manier om het hoofd digi-vrij te maken.
Een nultolerantiebeleid in colleges heeft geen nut, denken de docenten.
Kesselring: “Studenten mogen van mij kijken wanneer en zo vaak ze willen.
Maar als ik zie dat iemand naar schoenen kijkt op Zalando, dan vraag ik me
wel af wat die student doet in mijn college.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten